Recensie De jongen bij de moefti

Filip Plompen schreef  ‘De jongen bij de Moeti’ en vroeg mij om deze roman te recenseren, wat ik graag heb gedaan.

Dank je wel Filip!

 

 

RECENSIE

Titel: De jongen bij de moefti

Auteur: Filip Plompen

Uitgeverij: Beefcake Publishing

Verschijningsdatum: April 2018

Genre: Literaire roman

ISBN: 978 949 11 44 783

NUR: 301

 

OVER DE AUTEUR:                                                                                                            Filip Plompen (1985) is wijnadviseur. Daarnaast volgt hij een bacheloropleiding Toegepaste Psychologie.

Naast fietsen en marathons lopen is schrijven een passie van Filip.

In 2015 debuteerde hij met de YA Het geluid van de stilte.

Een interview van een jongen en zijn pappa, direct naar de aanslagen in Parijs van vrijdag 13 november 2015, vormde de inspiratie voor De jongen bij de Moeti.

 

SAMENVATTING EN MIJN MENING                                                                                  Het voorwoord is geschreven door Stijn Vercruysse, journalist VRT-nieuws.

Stijn schrijft onder andere: ‘Terroristen boeken geen resultaat. Het enige wat ze bereiken is angst. En angst is een slechte raadgever. Door angst worden de regels strenger en strengere regels helpen de wereld niet vooruit. Die beknotte onze vrijheid’.

Deze roman is duidelijk in het Vlaams geschreven gezien het woordgebruik, zoals onder andere: ambulancier, memoriseren en ravissante vrouw. Dit geeft echter geen problemen bij het lezen. Hier en daar is dit aansprekend verhaal traag door de uitgebreide beschreven details en op sommige punten is het voorspelbaar.

De negenjarige Hannes staat samen met zijn vader Olivier te kijken naar                  De Dodentocht in Mariekerke; België.

Plotseling schreeuwt een man ‘Allahu akbaaaaar!’                                                    Direct daarna een luide knal. Olivier gooit zich over Hannes heen om hem te beschermen tegen rondvliegende scherven. Paniek breekt uit: gillende vrouwen en schreeuwende mannen. Het is een grote puinhoop. Afgerukte ledematen, overal bloed en huilende mensen. Er vallen doden.

Hannes en Olivier worden voor onderzoek meegenomen naar het ziekenhuis.       Daar ontmoeten ze Jarkas en zijn zoon Ahmed, die de aanslag ook hebben overleefd. Hannes en Ahmed zijn van dezelfde leeftijd en hebben meteen contact.              Olivier begint een gesprek met Jarkas. Jarkas blijkt uit Syrië te komen en is afgestudeerd econoom. Hij vertelt hoe het er in Syrië aan toe gaat. De gruwelijke gebeurtenissen deden hem besluiten te vluchten. Zijn vrouw en dochter zijn nog in Turkije. Olivier kent deze verhalen als medewerker van UNICEF. Er vallen altijd onschuldige slachtoffers.

Hannes begrijpt niet waarom er mensen zijn die zoiets doen.                                    Zijn dat slechte mensen vraagt hij aan zijn pappa en moeten we nu verhuizen?            Olivier vertelt dat er overal slechteriken zijn.                                                        Hannes: ‘ze hebben geweren, ze kunnen ons neerschieten.’                                        Olivier: ‘zij hebben wapens, maar wij hebben bloemen.’

Tien jaar eerder:

Olivier ontmoet Hanna tijdens zijn werk bij Unicef. Ze worden verliefd en maken toekomstplannen. Hanna raakt in verwachting. Tijdens de bevalling in het ziekenhuis  gaat alles heel snel. Olivier moet zijn zoon, vernoemd naar zijn moeder, alleen opvoeden.

Zelfs na al die jaren kan Olivier het verlies van Hanna niet loslaten. Hannes mist zijn moeder, ook al heeft hij haar nooit gekend. Het is een groot verdriet en gemis voor beiden.

Nu komt deze vreselijke aanslag erbij. Beiden slapen slecht en herbeleven de schokkende aanslag keer op keer. Ze zitten met veel vragen.                                      Een telefoontje van Staf, de neef van Olivier, brengt uitkomst. Ze worden uitgenodigd om een paar weken te verblijven in zijn huis in Andalusië.

Op de cover zien we Olivier en Hannes hand in hand tijdens hun vakantie. Treffender had de cover niet kunnen zijn: ze kijken uit over de bergen.

Ze maken lange wandelingen in de hoop hun hoofd leeg te maken; het onbegrijpelijke te begrijpen.

De Moorse brug aan de zuidzijde van Ronda; gezien vanaf de Puente Viejo in Andalusië.

Op een van de laatste dagen van hun vakantie hebben ze een gesprek met een Moeti; een hoog wetsgeleerde in de Islamitische wetgeving.

Heeft hij antwoord op al hun vragen, kunnen ze hun leven weer oppakken en het verleden een plaats geven?

De hulpverlener is als een blinde met betrekking tot de belevingswereld van zijn cliënt; hij kan deze wereld nooit zelf zien. Maar hij is een wijze blinde.

Op indringende wijze verwoordt de auteur het emotionele verhaal van Olivier en de onbevangen, intelligente Hannes. Tevens weet hij in begrijpelijke taal actuele thema’s, zoals milieuvervuiling, Islam en zijn geschiedenis, aanslagen en de geestelijke gevolgen op subtiele wijze onder de aandacht te brengen.                          De beschreven natuur, gebouwen en beelden en hun geschiedenis geven deze roman iets extra’s.

Hoe belangrijk familie, liefde, vertrouwen en vergeven is, weet de auteur goed duidelijk te maken.

Om het even waar je in gelooft, doe het met heel je hart en je zult er geen spijt van hebben.

3*** Verhaal                                                                                                                            3*** Schrijfstijl

 


€12,-
Mogelijk niet beschikbaar
Klik om dit product op bol.com te bekijken

*Ter info: in dit artikel staan links naar Bol.com. Wanneer je via deze links bestelt ontvang ik daar een kleine vergoeding over.

 

6 Reacties

  1. Mieke, Paula Turcotte hier in de VS. Ik heb net jouw bericht gelezen en krijg dus in de gaten dat er veel boeken zijn waar ik veel genoegen van zou hebben. Er zijn heel veel Amerikanen in ons land die van Nederlandse afkomst zijn en ik heb zo’n idee dat als je in verbinding zou gaan met Amazon, je veel kopers voor de boeken die je recenseert, kan krijgen. Het is belangrijk voor veel mensen van Nederlandse afkomst hun taal “bij te houden.” Ik ben daar een van. Ik spreek ook Maastrichts en kan het lezen. Toen ik nog op het Lyceum was in 1949-53 hebben we nooit geleerd om Maastrichts te schrijven noch te lezen. Nu lees ik het vaak op de verschillende Facebook pagina’s. Ik vind het toch wel een prestatie dat zoveel mensen van mijn leeftijd (ik ben 81 en in 1953 naar Canada verhuisd met mijn familie) nu Maastrichts kunnen schrijven. Het is niet gemakkelijk voor me, ook al heb ik het Woordenboek van de Maastrichtse taal. Veel groeten en goede wensen voor een mooi weekend. Paula Turcotte-Moermans.

    1. Wat lief Paula.
      Ja, Maastrichts wordt op FB vaak gebruikt. Doe het zelf ook bij Maastrichtse vrienden. Voelt heerlijk vertrouwd.
      Er is tegenwoordig zelfs een echte Veldeke schrijfwedstrijd in het Maastrichts.

      Ga eens op Amazon kijken of er boeken bij staan waar ik een recensie over schreef. Als dit zo is, zal ik mijn recensies daar ook plaatsen.

      Het is aan de uitgever of auteur om zich bij Amazon aan te melden.
      Maar ik zal ze tippen.

      Dank je wel Paula en een fijne dag.

      Lieve groetjes,

      Mieke

  2. Dag Mieke,
    In je – overigens interessante – recensie lees ik dit: “Deze roman is duidelijk in het Vlaams geschreven gezien het woordgebruik, zoals onder andere: ambulancier, memoriseren en ravissante vrouw.”
    Ik kom ze geregeld tegen, al jarenlang, en toch wordt ik iedere keer weer verrast door recensies over Vlaamse boeken waarin de Nederlandse recensent de lezer waarschuwt voor “het Vlaams”, alsof dat een andere taal is, of een minderwaardige vorm van Nederlands. En iedere keer vraag ik mij af: waarom struikelen Nederlanders, als ze een boek van een Vlaamse auteur lezen, zo makkelijk over woorden of uitdrukkingen die vooral in het zuidelijk deel van ons taalgebied in gebruik zijn? Of waarom storen ze zich eraan? Waarom vallen ze hen hoegenaamd op? En hoe komt het dat Vlaamse lezers dat probleem blijkbaar niet hebben met woorden of uitdrukkingen uit het noorden? Waarom lees ik in Vlaamse recensies nooit iets in de zin van “deze roman is duidelijk in het Nederlands geschreven gezien het woordgebruik, zoals onder andere: suderans, jam en condoleren”?
    Dat je er vervolgens “Dit geeft echter geen problemen bij het lezen” aan toevoegt is zonder twijfel goedbedoeld, maar als Vlaming(*) denk ik dan “moet ik nu ‘dank u’ zeggen, of ‘oef, wat een geluk’?” En ook: als het lezen geen problemen oplevert, waarom wordt er dan toch een opmerking over gemaakt? Tussen haakjes, jij drukt je nog vriendelijk uit, maar ik kreeg ook al recensies onder ogen met daarin minder fraaie beledigingen als (en ik citeer ze letterlijk, ik houd ze namelijk bij): “vettig Vlaams” of “al die Vlaamse woorden remmen het lezen sterk af” tot zelfs “ik ben halfweg het boek gestopt, ik had genoeg van dat irritante Vlaams!”
    Het zit er bij de Nederlanders ingebakken, denk ik. Zodra ze een woord lezen dat ze als Vlaams aanvoelen gaan de antennes de hoogte in en wordt het afweergeschut in stelling gebracht. Bizar is wel dat ze aan de andere kant blijkbaar geen problemen hebben met bijvoorbeeld ‘dressoir’ of ‘entree’, woorden die toch een stuk verder van het Nederlandse taaleigen verwijderd zijn. Om terug te keren naar het begin van mijn betoog: ambulancier, memoriseren en ravissant zijn echt wel perfecte Nederlandse woorden die in onze Woordenlijst Nederlandse Taal staan … Zoals ook suderans, jam en condoleren, trouwens.
    Mieke, ik denk wel dat je begrijpt dat dit allemaal niet tegen jou als persoon of als recensente bedoeld is, verre van! Je bent gewoon het zoveelste slachtoffer van een frustratie die mij al vele jaren kwelt. Als ik ergens een recensie lees waarin weer eens neerbuigend op “het Vlaams” wordt neergekeken, dan reageer ik.
    Ik hoop dat de Nederlanders zich ooit een keer zullen verzoenen met de idee dat “Nederlands” en “Vlaams” gewoon twee verschillende benamingen zijn voor dezelfde taal.
    (*) Ik ben geboren en getogen in Vlaanderen. Mijn vader was Vlaming, mijn moeder Nederlandse. Wellicht is mijn taalgevoel daardoor wat ‘universeler’ georiënteerd. Komt daar nog bij dat ik in Vlaanderen dicht bij de taalgrens woon, en ik een overtuigde militant ben voor alles wat Vlaams is.

    1. Dag Robert,

      Dank je wel voor je uitgebreide reactie.
      Graag wil ik reageren.

      Voor alle duidelijkheid: ik lees graag ‘Vlaamse’ boeken. Ik heb er totaal geen problemen mee. (vandaar dat ik dit aangeef in mijn recensie) En menigmaal vind ik het woordgebruik en opbouw van zinnen beter dan sommige ‘Nederlandse’ boeken. De liefde waarmee een boek geschreven is voel je als lezer. Het is warm qua woordgebruik.
      Maar ik denk, dat ik als recensent, de lezer wel moet attenderen op een boek dat in het ‘Vlaams’ geschreven is. Vandaar dat ik het vermeld. En net als jij weet ik dat een aantal Nederlanders deze boeken niet graag lezen. Waarom begrijp ik ook niet. Op tv kijk ik graag naar Belgische programma’s. Mooi woordgebruik en niet of nauwelijks Engelse termen. Dat maakt mij blij. Onze taal, en dan bedoel ik Nederlands én Vlaams mogen er zijn! Ik woon aan drie kanten aan de Belgische grens. Heb met fijne en beleefde Belgische collega’s mogen werken. Winkelen in België is een verademing. Veel geduld, correct en vriendelijk. Ik heb, en dat doe ik altijd, in mijn recensie zoveel mogelijk informatie geschreven, die voor de toekomstige lezer van belang kan zijn. Zou ik dit niet doen, dan doe ik mijn ‘werk’ maar half. En bestaat de kans dat ik erop aangesproken word. Zorgvuldigheid en een eerlijke goed onderbouwde recensie, zonder iets te verklappen, daar draait het om. Zo blijf ik geloofwaardig … hoop ik.

      Groetjes,

      Mieke

      1. Hallo Mieke,

        Het doet mij oprecht plezier dat je met zoveel enthousiasme over onze mooie taal spreekt. We – en dan heb ik het vooral over de Vlamingen – kunnen ieder steuntje gebruiken want het Frans rukt op. Jullie hebben daar (nog) geen last van, maar waar ik woon (nabij de taalgrens) is dat al heel duidelijk: vijftig jaar geleden woonde er in mijn dorp welgeteld één Franssprekende dame, vandaag zijn al mijn buren Franstaligen die consequent weigeren ook maar één woord Nederlands te leren, en zelfs eisen dat wij hen in hún taal aanspreken.

        Maar dat terzijde… Je verdedigt je standpunt met verve, en ik begrijp ook wel dat je je werk zo goed mogelijk wilt doen. Toch hoop ik dat er ooit een tijd komt dat ook de Nederlanders, zoals de Vlamingen, onze taal – Nederlands én Vlaams – in haar totaliteit zullen kunnen appreciëren. Ik vrees echter dat daar nog heel wat tijd voor nodig zal zijn, maar alle beetjes helpen.

        Bedankt voor je reactie, Mieke, en voor je website in zijn geheel: kwaliteit, als je het mij vraagt!

        Groeten,
        Robert.

  3. Dag Robert,

    Dank je wel voor je lieve en begripvolle reactie.

    Ook ik hoop dat er in de toekomst hier in Nederland meer Vlaamse boeken gelezen zullen worden.
    We hebben nog een lange weg te gaan, maar er zijn ook mensen die dit al graag doen.
    Dat mogen we niet vergeten. Laten we dit toejuichen.

    In mijn recensies zal ik blijven aangeven dat het om een ‘Vlaams’ boek gaat, maar dat dit geen belemmering zal zijn om het te lezen. Misschien erbij vermelden dat het merendeel gewoon ‘Nederlands’ is.

    Leuk en waardevol om op deze manier van gedachte te wisselen.

    Dank je wel voor jouw compliment over mijn website.
    Ben ik erg blij mee.

    Groetjes,

    Mieke

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Goed geschreven hè? Zit helaas copyright op :p